Proliferation and protection from ballistic missiles

A view from NATO

Balistic Missiles Defence (BMD) Conference, Moskou 14-17 november 1994

[Tweede] Conferentie inzake ‘Bescherming tegen Ballistische Raketten’                                               te Moskou, 14-17 november 1994

Introductie

Als vervolg op de eerdere conferentie in november 1993 vond van 14 tot 17 november 1994 in Moskou de tweede (NGO) conferentie inzake ‘Bescherming tegen Ballistische Raketten’ plaats. Hieraan werd deelgenomen door een honderdtal vertegenwoordigers van gouvernementele, non-gouvernementele en commerciële instellingen en organisaties uit tien landen.  Naast zestig vertegenwoordigers uit Rusland (waarvan zeker de helft namens het ministerie van buitenlandse zaken, van defensie, de presidentiële staf, de nationale veiligheidsraad, gouvernementele ontwerp- bureaus en onderzoeksinstellingen) was vooral de grote delegatie uit de Verenigde Staten (waarvan een vertegenwoordiger van het Defence Nuclear Agency en zes van de Ballistic Missile Defence Organization/BMDO) opvallend. De Franse delegatie was met twee vertegenwoordigers beduidend kleiner dan in 1993 (toen dertien, waarvan drie van de Generale Staf). De Nederlandse delegatie werd gevormd door een vertegenwoordiger van de Defensiestaf (Freek Meulman, Conceptuele Zaken) en de MA bij de Nederlandse Navo-delegatie De Weerd (die tevens sprak namens het Nuclear Planning Department van Navo’s Internationale Staf ).

De conferentie concentreerde zich op vier hoofdthema’s: dreigingsanalyse, politiek-militaire aspecten van verdediging tegen ballistische raketten, conceptuele en praktische problemen van militaire verdedigingsmiddelen en internationale samenwerking. Verrassend veel aandacht werd besteed aan mogelijkheden tot bilaterale samenwerking tussen de VS en Rusland. Tijdens de conferentie in 1993 bleef dit onderwerp vrijwel onbesproken. De presentatie van MA/PVNAVO richtte zich op: “Proliferation and Protection from Ballistic Missiles; a View from Nato”.

Lees verder

Voordracht Ballistic Missile Defence (BMD) in Moskou 22-24 november 1993

Deze bijdrage betreft mijn voordracht aan de eerste conferentie in Moskou van 22-24 november 1993 over gezamenlijke verdediging tegen ballistische raketten, als Hoofd Afdeling Militair Strategische Aangelegenheden (HMSA), namens de Chef Defensiestaf. Een topic dat ook in Navokader actueel was in het kader van het toen nieuwe contra-proliferatiebeleid. In 1994 zou ik namens Navo’s Internationale Staf (Nucleaire Zaken) als Militair Adviseur bij de Nederlandse Delegatie ook een voordracht houden bij de tweede conferentie. (nog te publiceren)

“Counter proliferation and missile defence, a new challenge for cooperative security

Introduction:

Mr.Chairman,

My presentation will not be a scientific lecture, but an input for discussion on policy concepts. I realize that it will touch upon a lot of subject areas, asking a lot of attention and creative thinking. But if we realy want to arrive somewhere, sooner or later we shall have to adress these issues….

Lees verder

CVSE van Confrontatie naar Partnerschap

Mijn terugblik en toekomstperspectief op het CVSE-proces (Conferentie over Veiligheid en Samenwerking in Europa) in het blad Carré van de Nederlandse Officieren Vereniging (NOV) na de Conferentie van Parijs (staatshoofden en regeringsleiders) in november 1990 waarmee de Koude Oorlog werd beëindigd. Ik had het grote genoegen als militaire bijzitter in de Nederlandse delegatie daarbij aanwezig te zijn. Oog in oog met Gorbachev gestaan. Bush sr. was er ook. Het was daar in Parijs een enerverende bijeenkomst; een hoogtepunt in mijn militaire loopbaan. De verwachtingen waren destijds hoog gespannen. Hoe anders zouden de historische ontwikkelingen uiteindelijk uitpakken tot aan de dag van vandaag….

Lees verder

Het EOC seminar over militaire doctrines te Wenen

16 januari – 5 februari 1990

Conferentie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa, tegenwoordig de OVSE (Conferentie werd Organisatie). Destijds weer een mijlpaal in het veiligheidsoverleg. Als militair ‘bijzitter’ in de Nederlandse delegatie nam ik deel van 29 januari tot 2 februari. Na terugkeer in Nederland wees de CDS DS/Plannen MSA-A mij aan om op 28 februari de Defensie Raad te briefen over dit belangwekkende seminar.

Briefing

Verslag van het seminar over militaire doctrines, aan de toenmalige Minister van Defensie en leden van de defensieraad. Dit in het kader van de onderhandelingen over vertrouwenwekkende en veiligheidsbevorderende maatregelen. Dit seminar was niet alleen uniek door het feit dat,  naast de politieke leiders van de delegaties in Wenen,  leidinggevende militaire autoriteiten van de 35 CVSE landen (33 Europese + de VS en Canada) voor het eerst in het Europese veiligheidsoverleg rond de tafel zaten. Het feit op zicht dat dit seminar tot stand kwam en tot goede resultaten leidde, was een teken, en dat werd door iedere deelnemer zo gevoeld, dat zich in de Europese veiligheidsordening revolutionaire veranderingen voltrekken.

Lees verder

“Verschuivende strategische panelen”

MSA- briefing voor de nieuwe secretaris generaal op donderdag 29 juni 1989. Stand van zaken m.b.t. de conventionele wapenbeheersing in Europa.

Inleiding: In deze briefing wil ik met u een aantal internationale ontwikkelingen doornemen op het gebied van krijgsmacht planning en wapenbeheersing die niet alleen in de komende planperiode, maar ook op langere termijn ongetwijfeld effecten zullen hebben in het Nederlandse Defensie beleid. Veranderingen in de internationale strategische verhoudingen – als effect van ontwikkelingen in het Warschaupact, de Verenigde Staten en de onderhandelingen in Wenen –  zullen Nederland niet onberoerd laten;  sprake is van, wat ik zou willen noemen, “verschuivende strategische panelen”.

Lees verder

“Maritiem beleid als onderdeel van het buitenlands beleid van de Sovjet-Unie”.

Afstudeer doctoraal scriptie Politicologie/Internationale Betrekkingen aan de VU in 1982

Sedert de jaren 60 verontrust de Sovjet natie velen in de Westelijke wereld door het steeds nadrukkelijker betreden van een domein dat als een bijna exclusief terrein van Westelijke politiek werd beschouwd: het zeeruim. Een ontwikkeling die met name binnen de kring van de NAVO landen veelal als “dreigend” respectievelijk “bedreigend” wordt gekwalificeerd en met begrippen als “offensief” en “agressief” getypeerd. Als “eerste reactie” is dat natuurlijk niet zo vreemd. De Sovjet-ontplooiing betekent op een aantal punten stellig een doorbreking van een praktisch wereldwijd Westelijk monopoly, dat al ruim drie eeuwen bestond.

Lees verder

“Politiek is veel complexer dan natuurkunde”

Openbare debat op 20 maart 1985 in het Promenade Hotel in Scheveningen met Gromyko jr. en Lomeiko uit de Sovjet-Unie.

Openbaar debat onder auspiciën van de Stichting Atlantische Commissie met Anatoly A. Gromyko (directeur van het Afrika Instituut te Moskou en zoon van de huidige president van de Sovjet-Unie) en Vladimir Lomeiko (woordvoerder van het Sovjet-ministerie van Buitenlandse Zaken) in het Promenadehotel te Scheveningen op 20 maart 1985 over een werkrelatie met de Sovjet-Unie en Oost-Europa. Debatleider de eerste vice-voorzitter van de Atlantische Commisie Dake.

Wat een “vruchtbare dialoog” en een “bijeenkomst tot wederzijds begrip” had moeten worden ter afronding van het bezoek van Gromyko jr. en Vladimir Lomeiko aan Nederland, ontwikkelde zich eerder tot een wig-carré confrontatie tussen de discussiepartners, de crême van de Nederlandse veiligheidselite en de twee gasten uit de Sovjet-Unie. Debatleider Dake wilde zich niet aan een samenvatting wagen; niet  verder dan een “subjectieve impressie”. 

Een aantal deelnemers in de zaal , waarvan wij (Pierre Talloen, één van mijn officieren-student Int. Veiligheidsvraagstukken, en ikzelf) enigen herkenden als [hoofd-]medewerkers bij de ministeries van Buitenlandse Zaken en Defensie, toonden zich na afloop duidelijk teleurgesteld. “We hebben geen nieuwe argumenten gehoord”, was één van de meest beluisterde opmerkingen. Was deze opvatting, dat de discussies geen nieuwe uitspraken, stellingen of bewijsgronden opleverden op basis waarvan beleidsrelevante conclusies te trekken zijn, juist ? Wij waren daar niet a priori van overtuigd. En hadden gelijk.

Daarvoor moet je de context bedenken van waaruit Gromyko jr. en Lomeiko op dat moment Nederland bezochten. Deelnamen aan een private conferentie (15-17 maart) op kasteel Den Alerdinck in Laag Zuthem bij Zwolle met leden uit de wetenschappelijke, politieke en mediagemeenschap over “wapenbeheersing en ontspanning” (met o.a. enige belangrijke Amerikanen) en nu op 20 maart debatteren  in het publieke debat van de Atlantische Commissie in Scheveningen..

Op 10 maart 1985 overleed de oude secretaris-generaal van de CPSU (Communistische Partij van de Sovjet-Unie) Tsernenko. Nog diezelfde dag koos het Politbureau van de CPSU op voorspraak van Gromyko sr. de 54-jarige Michael Gorbatsjov tot secretaris-generaal, wat kort daarop werd bevestigd door het Centraal Comité. Die kondigde beleidsschouw en hervormingen aan. In maart 1986 zou het 27e Partijcongres van de CPSU gaan plaatvinden. De uitspraken van Gromyko jr. en Lomeiko op 20 maart in Nederland, tien dagen na het besluit van het Politbureau in Moskou om Gorbatsjov als de nieuwe politieke leider van de Sovjet-Unie te kiezen, zouden we dus in dàt licht moeten bezien. Maar dan moet je wèl het Sovjet politieke spraakgebruik kennen en serieus nemen  om te achterhalen of het bewind-Gorbatsjov herziene Oost-West betrekkingen zou kunnen inluiden.  Ik ben daarop afgestudeerd (1982).

Bijgaand verslag en analyse beogen daarom méér dan Dake’s “subjectieve impressie”. Allereerst natuurlijk een gesystematiseerde verslaglegging, ontdaan van polemische elementen en retorische spitsvondigheden. Op die manier wordt het debat qua inhoud en strekking toegankelijk. Daarnaast ging het ons (Pierre en mij) om het signaleren van enkele zakelijke hoofdlijnen in het debat en enige concrete conclusies dienaangaande.

Naschrift anno nu: het is aan de lezer om achteraf [historisch] te beoordelen of op de avond van die 20e maart 1985 de contouren al zichtbaar werden van datgene wat op het 27e Partijcongres van de CPSU in maart 1986, in Gorbatsjov’s boek “Perestrojka; Een nieuwe visie voor mijn land en de wereld” (1987) en in het praktische Sovjet-beleid daarna aan de orde was. De opmerking: “We hebben geen nieuwe argumenten gehoord”, was misplaatst. In november 1990 eindigde met de akkoorden van Parijs de Koude Oorlog. En daarna ?

Lees verder